Gemeente

Als slechthorende kun je een beroep doen op de gemeente voor Wmo-voorzieningen. Met een minimum inkomen kun je ook in aanmerking komen voor  bijzondere bijstand.

Wmo

De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) moet eraan bijdragen dat burgers zo lang en zo zelfstandig mogelijk kunnen blijven deelnemen aan de samenleving. De Wmo wordt uitgevoerd door de gemeente.

Sinds het begin van de wet vallen ook auditief beperkten onder de Wmo. In de praktijk valt het echter tegen hoe vaak slechthorenden succesvol een beroep kunnen doen op de Wmo. Wel voor bijvoorbeeld de aanleg van ringleidingen in openbare gebouwen, maar minder vaak voor individuele voorzieningen. De uitvoering van de Wmo kan bovendien per gemeente verschillen: gemeenten mogen namelijk voor een belangrijk deel zelf bepalen hoe zij de Wmo invullen. Kortom: je kunt als slechthorende een beroep doen op de Wmo, maar het is in de praktijk zeer wisselend hoe dit uitpakt.

Sinds 2015 vallen ook tolkvoorzieningen voor de privésfeer onder de Wmo. Deze vraag je aan bij Tolkcontact.

Samenvattend komt de Wmo hierop neer:

  • De Wmo regelt dat mensen die hulp nodig hebben in het dagelijkse leven, ondersteuning krijgen van hun gemeente. Bijvoorbeeld hulp bij het huishouden, een rolstoel of woningaanpassing.
  • De Wmo biedt ondersteuning om te voorkomen dat mensen later zwaardere vormen van hulp nodig hebben. Bijvoorbeeld opvoedingsondersteuning en activiteiten tegen eenzaamheid.
  • De Wmo ondersteunt mensen die zich inzetten voor hun medemens of buurt. Bijvoorbeeld mantelzorgers, vrijwilligers en mensen die actief zijn in de plaatselijke politiek.
  • De Wmo stimuleert activiteiten die de onderlinge betrokkenheid in buurten en wijken vergroten.

Op grond van de Wmo kan de gemeente je een voorziening verstrekken in drie vormen:

  • in natura (goederen of diensten);
  • als persoonsgebonden budget: een PGB. Je krijgt dan een bedrag per jaar toegekend voor de kosten van een bepaalde voorziening;
  • in geld.

De gemeente moet jou de keuze bieden tussen een voorziening in natura of een PGB, behalve als de gemeente oordeelt dat er overwegende bezwaren zijn tegen deze keuzevrijheid. De keuzevrijheid geldt niet voor voorzieningen in de vorm van een financiële tegemoetkoming.

Meer informatie? Zie de Brochure WMO die door de patiëntenverenigingen is gemaakt.

Bijzondere bijstand

Heb je een minimum inkomen, dan kun je bij jouw gemeente aankloppen met een verzoek om individuele bijzondere bijstand om de meerkosten van jouw gehoorverlies (of dat van jouw kind) te vergoeden.

Er bestaan verschillende regelingen die meerkosten vergoeden of compenseren: zorgverzekering, belastingaftrek, de zorgtoeslag, categorale bijstand (een vast bedrag voor een bepaalde groep mensen, bijvoorbeeld ouderen). Ondanks al deze regelingen komt het voor dat bepaalde kosten om als slechthorende te kunnen functioneren niet vergoed worden. Als dit door je minimum inkomen leidt tot financiële problemen, dan kan je een verzoek om individuele bijzondere bijstand indienen.

Het gaat dan om meerkosten, dus kosten die niet elders vergoed of gecompenseerd worden:

  • eigen bijdrage hoorhulpmiddelen
  • woningaanpassing (bijvoorbeeld voor akoestiek) op medische indicatie
  • hogere premie zorgverzekering door auditieve handicap
  • meerkosten voor leerlingenvervoer van jouw slechthorende kind
  • lidmaatschapskosten van de patiëntenvereniging
  • eigen bijdrage voor deelname aan activiteiten van patiëntenverenigingen of andere sociale activiteit.

Ook hier geldt dat de aanspraak per gemeente kan verschillen.

Ieder(In) en Nibud hebben een handleiding gemaakt om de meerkosten bij jouw gemeente aan te tonen. Zie ook de speciale site Meerkosten.nl.